Beter welzijn voor gezelschapsdieren dankzij nieuw handboek

Een review van Companion Animal Care and Welfare: The UFAW Companion Animal Handbook.

“Ignorance may be less dangerous than its progeny, misinformation”, stelt redacteur James Yeates in de proloog van zijn veelbelovende handboek. De meeste huisdiereigenaars hebben het beste voor met hun dieren, maar dat betekent daarom nog niet dat ze het correct aanpakken. Volkswijsheden zijn nog te wijd verspreid en diergerelateerde industrieën zijn vaak nog op misinformatie en pseudowetenschappelijke grillen gebaseerd. De komst van dit wetenschappelijk onderbouwde handboek, Companion Animal Care and Welfare: The UFAW Companion Animal Handbook, vult een grote leegte en biedt een kapstok om zorg, fokken en handel van gezelschapsdieren op een zo welzijnsvriendelijk mogelijke manier uit te voeren. 

Het boek in een notendop

Gezelschapsdieren krijgen een steeds belangrijkere plaats in de moderne maatschappij en er wordt meer en meer aandacht aan hun welzijn besteed. Dit handboek, de recentste aanwinst binnen de UFAW-reeks (Universities Federation for Animal Welfare), vult de schappen over het welzijn van boerderij- en onderzoekdieren aan met een boek over de dieren die het dichtst bij ons staan: gezelschapsdieren. De huisdieren die in het boek besproken worden, werden gekozen op basis van drie criteria: ten eerste of ze frequent gehouden worden, ten tweede of ze niet duidelijk ongepast zijn als huisdier en ten derde of er genoeg wetenschappelijke informatie voorhanden is om er een informatief en onderbouwd werk van te maken.

Mogelijke praktijken voor een beter welzijn voor gezelschapsdieren staan nu zwart op wit in 22 hoofdstukken, bestaande uit één algemeen introducerend hoofdstuk en 21 hoofdstukken per (groep) diersoort(en). Bij elke diersoort die het boek behandelt, nemen de auteurs een aantal elementen in achting. Zo houden ze bijvoorbeeld rekening met de natuurlijke leefwereld en (domesticatie)geschiedenis. Daarnaast bespreken ze de belangrijkste zorgprincipes, zoals geschiktheid van dieet, omgeving, gezelschap, interactie met de mens, maar ook gezondheid en ethisch verantwoorde euthanasie. Bovendien gaat er aandacht uit naar signalen van (gebrekkig) welzijn op pathofysiologisch en gedragsmatig vlak, iets dat een grote meerwaarde geeft aan het boek, bijvoorbeeld: wat zijn bij het verwijderen van de hubertusklauw de voordelen voor de hond (als die er zijn) en voor de mens? Wat zijn de risico’s van de ingreep en welk gedrag wordt er eventueel door vermeden? Wat is de aanvaarbaarheid van de ingreep? Tot slot bieden de auteurs een actieplan ter verbetering van welzijn van de diersoort wereldwijd.

Dit boek behandelt niet alleen het heden, noch beschrijft het alleen problemen, maar het biedt ook een stevig houvast voor de toekomst. Zo zet dit werk de eerste stappen voor de optimalisering van het welzijn van gezelschapsdieren: de auteurs werken ideeën voor langetermijnstrategieën uit door middel van voorstellen over educatie, wetsveranderingen of ontwikkeling van betere producten. 

Ook controversiële problematieken, zoals selectief fokken met honden, worden aangehaald. In hoofdstukken van ongeveer twintig pagina’s verduidelijken de verschillende auteurs hun inzichten door het gebruik van overzichtelijke tabellen, kaders en beeldmateriaal die de leesbaarheid sterk bevorderen. Dierenartsen- en verzorgers, dierenopvang- en quarantainepersoneel, diereneigenaars en -fokkers én zij die de standaarden omtrent dierenwelzijn bepalen, alsook zij die ze (zouden moeten) uitvoeren, zijn zeer gebaat bij dit boek.  

Het boek onder de loep

Een erg positief element van dit boek is dat het focust op meer dan alleen ‘het vermijden van lijden’. Er gaat namelijk behoorlijk wat aandacht uit naar het toevoegen van plezier aan de leefwereld van het dier, iets dat op twee momenten positief kan bijdragen aan zijn welzijn: ten eerste wanneer lijden afwezig is en ten tweede om het aanwezige lijden te verkleinen en de omgang hiermee te vergemakkelijken. 

Het belang van ‘een stressvrij leven’ voor het dier staat dus niet zozeer centraal in het boek, maar eerder het aanbieden van opties om het dier te helpen omgaan met stress en lijden. De alom bekende ‘vijf vrijheden’ worden daarbij gekaderd, maar het gaat nog verder: ook extra ‘kansen’ om het welzijn van het dier te verbeteren, worden opgesomd. Sterk aan het boek is daarnaast dat elke term die wordt geplaatst ook in een ruimer kader wordt weergegeven. Wat is stress, wat is lijden, wat is welzijn? De lezer blijft niet met deze vragen zitten.

Een zorgvuldig geselecteerd team van co-auteurs die redacteur James Yeates zelf “some of the most informed and expert scientists on the planet” noemt, begeleidt de lezers doorheen het boek. De informatie in dit werk bestaat uitsluitend uit argumenten die gestaafd zijn met voldoende overtuigende en onderbouwde wetenschappelijke bronnen. Over de betrouwbaarheid van de data hoeft de lezer dus niet te twijfelen, iets wat in andere vergelijkbare lectuur niet altijd het geval is. Bronnenmateriaal krijgt overigens een prominente plaats in dit boek. Naast een sterke wetenschappelijke basis, worden ook zij die nóg meer willen weten niet in het ongewisse gelaten, maar verder in de juiste richting gestuurd door middel van een uitgebreide, suggestieve literatuurlijst.

Ondanks dat er meer dan 30 experts aan het boek meewerkten, heeft elk hoofdstuk een duidelijke terugkerende structuur. Het boek is bovendien zo ingedeeld dat het chronologisch kan gelezen worden, maar ook als naslagwerk om specifieke zaken in op te zoeken.  

Hoewel deze handleiding zich op een ruimer publiek richt, lijkt het taalgebruik echter net iets te zwaar voor de doorsnee huisdiereigenaar. Het zou ideaal zijn als de thema’s van dit boek in de toekomst ook in hapklare, begrijpelijke kleine gidsen voor eigenaars zouden worden gepubliceerd.

In het handboek wordt, tot slot, een exhaustief beeld gegeven van de noden van de verschillende diersoorten en hoe verschillende actoren kunnen bijdragen aan de vervulling van die noden. Het boek leidt zo tot een sterke betrokkenheid en zet aan tot actie en initiatief. En wanneer de lezer even overmand dreigt te worden door alle suggestieve veranderingen, komt er net op tijd een vermelding van de prioriteiten. Dat maakt dat deze leidraad voor “dieren houden op z’n best” tegelijkertijd realistisch en down-to-earth is, opgesomd in haalbare puntjes.

Conclusie

Dit boek biedt zonder twijfel een uitgebreide toolbox voor iedereen die professioneel bezig is met dieren en dit op een zeer correcte en wetenschappelijk onderbouwde manier wilt aanpakken. Voor wie op tijd en stond wilt nagaan wat de noden van een (te behandelen) dier zijn of dit op een betrouwbare manier wilt overbrengen aan zijn cliënteel, ontbreekt deze gids nog in de boekenkast. Een grondig gestaafde must-have voor de literatuurrek van iedereen die met dieren werkt of voor de liefhebber die (van) dieren houdt en niet terugdeinst voor een staaltje vakliteratuur.

Informatie:

  • Titel: Companion Animal Care and Welfare: the UFAW Companion Animal Handbook
  • Door: James Yeates (redacteur)
  • UFAW Animal Welfare Series
  • Uitgeverij: John Wiley & Sons Inc
  • Publicatiedatum: 1 februari 2019
  • Boek: Softcover
  • Pagina's: 504
  • ISBN: 9781118688793