Bron: Pixabay

Bron: Pixabay

Het microbioom van een gezonde kat is bepaald

Een groep onderzoekers heeft de basissamenstelling van het fecale microbioom van gezonde katten vastgesteld, met als doel de detectie en behandeling van bepaalde ziekten te verbeteren.

Huiskatten hebben gezondheidsproblemen die verband houden met onevenwichtigheden (dysbiose) in de samenstelling van darmbacteriën (hun microbioom), zoals inflammatoire darmaandoeningen, lymfomen, diabetes, parodontitis en atopische dermatitis.

Omdat individuen uniek zijn, is het vanwege deze heterogeniteit moeilijk om gegevens te verzamelen om aanwijzingen over een microbioom te vinden. Daarom is het simpelweg karakteriseren van de samenstelling van een gezond microbioom zowel een grote uitdaging als een noodzakelijke eerste stap bij het identificeren van onevenwichtigheden die verband houden met verschillende ziekten.

Dit is niet alleen belangrijk om de microbiële kenmerken van ziektetoestanden op te helderen, maar ook om te begrijpen hoe de aanwezigheid en/of overvloed van specifieke taxa kan worden gemanipuleerd om de samenstelling van het microbioom naar een gezonde toestand te brengen.

Met dit alles in gedachten presenteerde een groep onderzoekers van de Universiteit van Davis (Californië) in een studie een taxonomisch gedefinieerde database van fecale microbiomen bij gezonde huiskatten. 

"Als we de kennis die is opgedaan dankzij microbioomtesten willen gebruiken om nieuwe diagnostiek en therapieën te ontwikkelen, is het essentieel om referentiesets van populaties van gezonde individuen te ontwikkelen", stellen ze.

Voor de studie verzamelden ze 1.859 monsters van unieke individuen, waarvan er in totaal 161 bestonden uit wat de auteurs beschouwen als een gezonde referentieset. De vereisten waren: een body condition score tussen 3 en 6 of een berekende body mass index kleiner dan of gelijk aan 50, geen klinische symptomen, geen diagnose, geen antibioticagebruik in de laatste 12 maanden en een leeftijd tussen 0,5 en 12 jaar.

De auteurs gebruikten dit geheel van referentiesets om de correlatie tussen leeftijd, voeding, leefomgeving en fecale microbioomsamenstelling te onderzoeken en identificeerden 30 belangrijke of basale bacteriële genera: Prevotella, Bacteroides, Collinsella, Blautia en Megasphaera waren de meest overvloedige en Bacteroides, Blautia, Lachnoclostridium, Sutterella en Ruminococcus gnavus de meest verspreide.

Variatie van het microbioom volgens voedsel

Wat ze ontdekten was dat de samenstelling van het fecale microbioom varieerde afhankelijk van het type dieet van de gastheer. Zo hadden katten die droogvoer kregen een lichtjes, maar significant hoger aantal basale taxa in vergelijking met katten die dit type dieet niet kregen.

De nauwkeurigheid bij het onderscheiden van katten die al dan niet droogvoer aten via hun fecale microbioom was 96%. "Het is duidelijk dat er iets fundamenteel anders is in de fecale microbiomen van katten die eender welk type droogvoer eten", benadrukken ze.

"Dit is niet verwonderlijk, aangezien commercieel droog- en natvoer en rauwe voeding verschillende verhoudingen van eiwitten, koolhydraten en vetten bevatten", stellen ze.

Anderzijds bevatte het basale microbioom van katten die rauwvoer eten minder wijdverspreide of overvloedige taxa dan katten op droogvoer.

Ook de leefomgeving had een sterk effect op de samenstelling van het fecale microbioom. Zo verschilden huiskatten aanzienlijk van asielkatten en was een groter deel van het microbioom van deze eersten vertegenwoordigd door basistaxa.

"Alles bij elkaar genomen versterkt ons werk de conclusies dat leeftijd, voeding en leefomgeving belangrijke factoren zijn waarmee rekening moet worden gehouden bij het definiëren van het basismicrobioom van een populatie", stellen ze.

In die zin stellen ze dat het fecale microbioom van gezonde katten zich niet op een bepaalde of gemiddelde manier presenteert, maar wordt vertegenwoordigd door een diversiteit aan samenstellingen die afhangen van de kenmerken en levensstijl van de gastheer. "Onze analyses hebben de verwachte bereiken vastgesteld voor de structuur van deze gemeenschappen binnen een populatie van gezonde katten", aldus de onderzoekers.