In Verenigd Koninkrijk gebruikt 1 op 5 dierenartsen kunstmatige intelligentie in dagelijks werk
Uit de gegevens blijkt dat AI-technologie het meest wordt gebruikt voor het stellen van diagnoses en het opstellen van röntgenrapporten (44%).
Uit nieuwe statistieken van de British Veterinary Association (BVA) blijkt dat 1 op de 5 dierenartsen (21%) al gebruikmaakt van kunstmatige intelligentie in zijn dagelijkse werk.
Uit de gegevens blijkt dat AI het meest wordt gebruikt voor diagnostiek en het opstellen van röntgenrapporten (44%), gevolgd door diagnostiek en laboratoriumrapporten (27%). Een kleiner percentage dierenartsen gebruikt AI om met hun klanten te communiceren (11%) of om de administratie te vergemakkelijken (7%).
Rob Williams, junior vicevoorzitter van de BVA (Britisch Veterinary Association), zegt: "Het is fascinerend om te zien hoeveel veterinaire teams al AI-technologie gebruiken in hun dagelijkse werk. De enorme opkomst van deze tools biedt een opwindende kans voor het beroep, met name op het gebied van diagnose en interpretatie van grote datasets. Naast de voordelen zijn er echter ook duidelijke uitdagingen en risico's."
Alle dierenartsen werden gevraagd naar de voordelen en risico's van het gebruik van AI in hun praktijk. Het meest genoemde voordeel is de interpretatie van gegevens (55%), waardoor dierenartsen grote hoeveelheden informatie sneller en nauwkeuriger kunnen verwerken. Daarna volgen diagnostische tests (49%), algemene tijdwinst (40%) en minder tijdsbesteding aan routinematige administratieve taken of het maken van aantekeningen (38%).
De meest genoemde risico's zijn:
- Het interpreteren van resultaten zonder context (83%),
- Ongepast gebruik van AI zonder controle ter opvolging (82%),
- Overmatige afhankelijkheid van deze tools, waardoor menselijke vaardigheden kunnen verzwakken (68%),
- Gebrek aan gegevensbescherming (25%)