Sterilisatie kan de samenstelling van het microbioom van melkzuurbacteriën beïnvloeden en leiden tot vaginitis.
De belangstelling voor het gebruik van micro-organismen als probiotica is in de loop der jaren gestaag gegroeid, en melkzuurproducerende bacteriën (lactic acid bacteria - LAB) worden daarbij het meest gebruikt. Melkzuurbacteriën zijn grampositieve bacteriën die hun gastheer veel voordelen bieden.
Er zijn weinig studies over vaginale LAB bij teefjes, ondanks het feit dat hun rol wel goed is beschreven bij vrouwen. LAB, met name Lactobacillus spp., zijn overheersend in de vaginale flora van vruchtbare vrouwen en spelen een fundamentele rol in de homeostase van het voortplantingssysteem en dragen zo bij aan de preventie van urogenitale ziekten.
In deze context werd een nieuwe studie, uitgevoerd aan verschillende Spaanse universiteiten, gericht op het bepalen van het in vitro probiotische potentieel van vaginale LAB van gezonde teven door het evalueren van hun microbiële veiligheid, hun microbiële resistentie tegen gastro-intestinale aandoeningen en hun antimicrobiële capaciteit.
Het onderzoek omvatte 94 teefjes van verschillende rassen en leeftijden, variërend van zeven maanden tot 10 jaar oud. Alle teven waren patiënt van de Hospital Clínic Veterinari de la Universitat Autònoma de Barcelona. Ze werden verdeeld in vier groepen: gesteriliseerd (25), loops (48), drachtig (5) en met vaginitis (16).
Van de 94 dieren was de LAB cultuur bij 37 teefjes negatief, wat betekent dat 60,6% dieren een positieve LAB cultuur vertoonden Aanvankelijk werden in totaal 100 LAB-stammen geïsoleerd uit de 57 positieve uitstrijkjes. De vaakst geïsoleerde melkzuurbacterie was Lactococcus spp. (51% van de monsters), gevolgd door Lactobacillus spp. (25% van de monsters).
Op basis van deze gegevens en gezien de vaginale LAB van fecale oorsprong bleken te zijn, zou men redelijkerwijs kunnen aannemen dat een systemische pathologie die de samenstelling van het darmmicrobioom kan veranderen, op zijn beurt de samenstelling van het vaginale microbioom zou kunnen veranderen.
TEKORT AAN LAB BIJ GESTERILISEERDE HONDEN
De onderzoekers voegen er aan toe dat de rol van LAB in de vaginale gezondheid uitgebreid bestudeerd werd bij vrouwen, en dat deze bacteriën waarschijnlijk een rol spelen in de vaginale gezondheid van honden".
Deze hypothese wordt ondersteund door de resultaten van de studie die aantoonde dat 50% van de teven met klinische vaginitis zeer weinig of geen LAB in het vaginale slijmvlies had.
Een ander interessant resultaat betreft de gesteriliseerde teefjes. De experts zeggen dat bijna 70% van de geteste dieren zeer weinig of geen vaginale LAB hadden. Dit resultaat komt overeen met wat eerder bij vrouwen is waargenomen, aangezien lactobacillen de meest voorkomende bacteriën zijn bij vrouwen vanaf de puberteit tot het begin van de menopauze, wat sterk suggereert dat er een verband is met de oestrogeenspiegel.
Op basis van dit uitgangspunt zijn gesteriliseerde teven vergelijkbaar met postmenopauzale vrouwen omdat er geen ovariële steroïden worden geproduceerd. Daarom is het enigszins te verwachten dat gesteriliseerde teven weinig tot geen vaginale melkzuurbacteriën bezitten.
Slechts 3 van de 100 geïsoleerde LAB-stammen, allemaal behorend tot de Lactobacillus-stam, vertoonden in vitro probiotisch potentieel op basis van hun microbiële veiligheid, hun resistentie tegen gastro-intestinale aandoeningen en hun antimicrobiële capaciteit.
De huidige resultaten tonen dus aan dat niet alle stammen van melkzuurbacteriën als een potentieel probiotisch middel kunnen worden beschouwd. Slechts enkele stammen voldeden aan de specifieke vereisten, en een individuele beoordeling van hun probiotische capaciteit is vereist.