Studie onthult echte risico's van anesthesie bij honden

Een onderzoeksteam van het Royal Veterinary College en de Universiteit van Manchester heeft gegevens van meer dan 150.000 honden in het Verenigd Koninkrijk gebruikt om het risico van overlijden door sedatie en algemene anesthesie in te schatten.

Uit een nieuwe VetCompass-studie onder leiding van het Royal Veterinary College (RVC) en de Universiteit van Manchester blijkt dat het risico op overlijden als gevolg van sedatie en narcose bij honden in het VK relatief laag is. Het onderzoek werd uitgevoerd om actuele informatie te genereren die de gezamenlijke besluitvorming tussen dierenartsen en eigenaren helpt verbeteren.

Voor het artikel "Mortality related to general anaesthesia and sedation in dogs under UK primary veterinary care", gepubliceerd in Veterinary Anesthesia and Analgesia, werden de gegevens gebruikt van meer dan 150.000 honden die frequent de dierenarts bezochten. De studie keek naar het algemene risico van overlijden voor elke hond die ten minste één sedatie- en/of anesthesieprocedure onderging in een bepaalde periode. Ook werd specifiek gekeken naar anesthesie in verband met sterilisatie, omdat deze procedures in het VK zo vaak voorkomen dat bezorgdheid bij de eigenaren rond het anesthesierisico een reële bron van ongerustheid kan zijn.

Uit de resultaten bleek dat het risico momenteel 14 per 10.000 honden is, binnen twee weken na het uitvoeren van verdovings-/anesthesieprocedures om welke reden dan ook, met 10 per 10.000 sterfgevallen binnen 48 uur na deze procedures. Voor sterilisatie bij honden was dit risico veel lager, met één overlijden op de 10.000 sterilisatieprocedures gelinkt aan sedatie of anesthesie. Men vond geen verband tussen de leeftijd van de honden op het moment van steriliseren en het risico op overlijden. 

Honden in het VK worden vaak onder narcose gebracht voor diverse procedures, van routinematige sterilisatie tot tandheelkundige ingrepen en invasieve chirurgie. Terwijl het risico op overlijden door narcose tijdens een operatie bij mensen minimaal is, brengt algemene anesthesie bij huisdieren hogere risico's met zich mee. Het gebruik van anesthesie tijdens een operatie kan bij honden leiden tot aanzienlijke complicaties en in sommige gevallen tot de dood. Het afwegen van de voordelen tegen de risico's van anesthesie en chirurgie kan een grote bron van verdriet zijn voor eigenaren.

RISICOFACTOREN

Enkele van de belangrijkste factoren die in deze nieuwe studie in verband werden gebracht met een verhoogd risico op verdoving- en narcosegerelateerd overlijden waren onder meer gevorderde leeftijd, slechte algemene gezondheid, dringendere operaties en bepaalde rassen zoals Rottweilers en West Highland White Terriers in vergelijking met kruisingen. 

Het team onderzocht ook of er een link was tussen brachycephale rassen en een verhoogd risico. Verrassend genoeg hadden dolichocephale rassen met langere neuzen vier keer meer kans om te sterven aan sedatie/narcose in vergelijking met honden met een gemiddelde snuit, terwijl er geen extra risico werd gezien bij rassen met een platte neus.

Dierenartsen en eigenaars moeten het risico van sedatie en/of anesthesie voor elk dier afwegen en het risico van chirurgische ingrepen afwegen tegen het potentiële voordeel voor het leven van de hond, alvorens te beslissen om er al dan niet voor te gaan. Deze besluitvorming is bijzonder moeilijk voor eigenaars bij electieve sterilisaties, die vaak bij jonge honden worden uitgevoerd maar niet nodig zijn om onmiddellijk levens te redden, maar eerder om de toekomstige levenskwaliteit van de honden en de eigenaars te verbeteren.

In het algemeen stellen deze resultaten dierenartsen en hondeneigenaren gerust over de veiligheid van sterilisatie van jonge honden, alsook over de relatieve veiligheid van kalmerende en verdovende middelen voor complexere procedures. 

Voor oudere honden, honden die in slechte gezondheid verkeren of honden met geplande complexe operaties, benadrukken de resultaten de waarde van zorgvuldige planning om de anesthesierisico's te beheren. Gebleken is dat spoedprocedures, ongeacht de complexiteit ervan, een verhoogd risico inhouden en daarom met grote waakzaamheid en voorzichtigheid moeten worden benaderd.